Nieuws

nieuws

Accountancysector bijna volwassen!

Afscheid nemen van de ‘catch all’-benadering

De accountancysector in Nederland is bezig met een hergroepering. De grote kantoren richten zich steeds exclusiever op grote, multinationale ondernemingen. Daarbij wordt ook afscheid genomen van de kleinere bedrijven, lokale overheden en maatschappelijke organisaties die minder opleveren.

Vooral onder gemeenten leidde dat soms tot kritische reacties, zeker wanneer de accountant van de ene op de andere dag de deur achter zich dicht deed. Dat blijkt een tijdelijk probleem. De komst van nieuwe aanbieders vangt het dreigende tekort aan accountants voor de (semi)publieke sector op, maar waakzaamheid blijft geboden.

Met als accountant de primaire focus op het internationale topsegment komt een einde aan het overvolle warenhuis dat de grote kantoren in Nederland altijd hebben gehad. Nee zeggen tegen een nieuwe klant, was decennialang een taboe. Daarom waren de Nederlandse vestigingen van de grote accountantsorganisaties altijd al relatief groot. De papa en mama bedrijven die in ons land ook van harte welkom waren, kwamen in andere landen echt niet over de vloer.

Het is logisch dat Nederland zich nu aansluit bij de internationale strategie van de grote kantoren om zich vooral te richten op de mondiale concerns en lucratief advieswerk. Het afscheid nemen van de ‘catch all’-benadering van de vorige eeuw is daarvoor onvermijdelijk.

Het is ook niet meer geloofwaardig dat je een eenmanszaak net zo goed kunt bedienen als een beursgenoteerd bedrijf. Dat is gewoon een andere markt en een ander vak. Bovendien heeft die brede marktbenadering altijd een duidelijke positionering in de weg gezeten. Het is een teken van volwassenheid dat de grote kantoren nu kleur bekennen.

De grote kantoren moeten wel voorkomen dat ze hiermee hun maatschappelijke verankering kwijtraken. Juist nu de sector bezig is om zijn rol als vertrouwenspersoon van het maatschappelijk verkeer te herstellen, is het niet handig om je volledig op de Amsterdamse Zuidas terug te trekken.

Ook voor jonge accountants kan het wegvallen van bijvoorbeeld mkb-klanten die altijd een natuurlijke rol hadden om het vak te leren, een verarming betekenen. Daarom is het verstandig dat de grotere kantoren niet alleen op de campus rekruteren maar ook de deuren openhouden voor talent met ervaring buiten de wereld van het mondiale bedrijfsleven.

Het voordeel van deze nieuwe ontwikkeling is dat het accountantslandschap een stuk veelkleuriger wordt. De grote kantoren krijgen een kleiner aandeel in de accountantsmarkt in Nederland, maar dat past beter bij wie ze zijn. Er komen nieuwe toetreders en afscheidingen van de grote kantoren die het ‘publieke’ werk oppakken. Gespecialiseerde ‘boutique firms’ zoals die er ook zijn onder consultants en advocaten. Groot staat niet langer per definitie gelijk aan goed.

Toch is er nog wel wat nodig om de kwaliteit van de accountantscontroles bij lokale overheden en maatschappelijke organisaties veilig te stellen. Ondanks de forse reputatieschade die de grotere accountantskantoren de afgelopen jaren hebben opgelopen, gelden zij nog steeds als de ‘eredivisie’ van de accountancysector. Aan dat imago hebben zij zelf hard meegewerkt, ook in het werven van nieuwe medewerkers.

Nu het aanbod niet meer aansluit bij de vraag bestaat het gevaar dat de grote kantoren het meeste en beste talent aan zich weten te binden. Dat kan je moeilijk verbieden maar kan wel leiden tot capaciteits- en kwaliteitsproblemen bij andere kantoren. Terwijl je voor soms kwetsbare maar ook complexe (semi)publieke organisaties misschien wel betere accountants nodig hebt dan bij beursgenoteerde multinationals die zelf toch al over zware interne financiële afdelingen beschikken.

De accountancysector als geheel, inclusief de grotere kantoren, zal daarom zijn maatschappelijke verantwoordelijkheid moeten nemen om ook de kwaliteit van de accountantscontroles in de (semi)publieke en de maatschappelijke sector te borgen. Bijvoorbeeld door sectorbrede arbeidsmarktcampagnes waarin het belang van de accountant voor de maatschappelijke en dus publieke zaak naar voren komt en samenwerking tussen kantoren met een meer commercieel en meer publiek profiel. De keuze van de grote kantoren om zich vooral op grote multinationals te richten, is goed te begrijpen. Maar het mag er niet toe leiden dat zij met de rug naar de samenleving gaan staan.

Dit artikel is gepubliceerd in het FD op maandag 7 november 2017. Zie ook: https://fd.nl/opinie/1225684/nederlandse-accountancysector-is-eindelijk-volwassen-aan-het-worden.

Loading...